
In het Flitshuis werkt alles volledig manueel. De belichting van camera, sluitertijd, diafragma en ISO-waarde stellen we zelf in. Ook de flitskracht van de flitser kiezen we zelf. Zelfs de witbalans laten we niet aan het toeval over. In dit blog maak ik een klein uitstapje naar de diafragmavoorkeuze stand van de camera in samenwerking met een reportageflitser. Het maakt daarbij even niet uit of de flitser in de automatische stand (TTL) staat of manueel is ingesteld.
Bij diafragmavoorkeuze staat het belichtingsprogramma ingesteld op de letter A (Av bij Canon). De letter A staat voor ‘aperture’, de Engelse benaming voor het diafragma. Bij diafragmavoorkeuze heeft de fotograaf de controle over de scherptediepte zonder al te veel na te hoeven denken over de belichting. De camera kiest met behulp van de lichtmeter, er de juiste sluitertijd bij. Wel heeft de fotograaf, middels de belichtingscompensatie, de mogelijkheid een belichting te corrigeren bij bijvoorbeeld veel lichte of donkere tinten.
Hoe gedraagt een camera zich in diafragmavoorkeuze, samen met een flitser?
De camera zal nog steeds het zelfde doen. Maar let op: De marge in de sluitertijd is beperkt en begrensd. Bij een open diafragma en/of veel licht in de omgeving zal de camera de voorkeur hebben voor een korte sluitertijd. De sluitertijd kan niet korter dan de flitssynchronisatietijd van de camera. Het gevolg is een overbelichte foto. De flitssynchronisatietijd ligt rond de 1/200 van een seconde. Een optie om deze begrenzing te doorbreken is de High Speed Synchronisatie. Zowel de camera als de flitser moeten deze modus ondersteunen.
Maar ook aan de andere kant kan een probleem ontstaan. Een flitser wordt veelal gebruikt in een lichtarme omgeving. Sluitertijden zouden hierdoor ongewenst lang kunnen worden. Vaak heeft de camera hier standaard ook weer een begrenzing voor ingebouwd. De wijze waarop verschilt per camera. Of de camera pakt een vaste sluitertijd of zakt niet door een vooral ingestelde sluitertijd heen. Zorg dat deze ondergrens niet te kort is. Het gevaar is dat er een dood geflitste foto ontstaat. Van het licht in de omgeving is niets te zien, enkel kil flitslicht. Kies daarom een passende ISO-waarde om zo de sluitertijd binnen de begrenzing te houden. De begrenzing aan de onderkant is ook volledig uit te zetten.Lange sluitertijden kunnen dan creatief worden ingezet. Vaak wordt hier de term, SLOW-CURTAIN, voor gebruikt.
Vond je dit nu een interessante blog en wil je meer weten over het fotograferen samen met een reportageflitser? Wellicht is het volgen van een workshop dan iets voor jou. Bekijk de agenda op de site. Of bestel het boek de Rondleiding door het Flitshuis. Klik dan hier.